Vernieuwd Kunstendecreet voorgesteld

Dit is een gearchiveerd bericht

04.09.2013

Op woensdag 4 september werd in het Vlaams Parlement het voorstel van decreet gepresenteerd dat het huidige Kunstendecreet hervormt. Het voorstel werd ingediend door parlementsleden uit meerderheid en oppositie.

Paul Delva en Johan Verstreken (CD&V), Yamila Idrissi en Philippe De Coene (sp.a), Marius Meremans en Wilfried Vandaele (N-VA) en Bart Caron (GROEN) dienden het decreetvoorstel in.

Het lijvige document kan hier (pdf) worden gedownload.


Persbericht

Het voorstel van decreet betreffende de ondersteuning van de professionele kunsten wordt ingediend door Paul Delva, Yamila Idrissi, Marius Meremans, Bart Caron, Johan Verstreken, Philippe De Coene en Wilfried Vandaele. De meerderheidsfracties CD&V, sp.a en N-VA, en oppositiepartij Groen steunen dit belangrijke decreet. Ze hopen dat er na een grondig parlementair debat een heel ruime meerderheid wordt gevonden in het Vlaams Parlement. 

Dit voorstel van decreet is er gekomen naar aanleiding van de conceptnota "Vernieuwing van het Kunstendecreet en beleidskader kunsten" van minister Schauvliege. Deze conceptnota pleitte voor een vernieuwing van het Kunstendecreet en het beleidskader kunsten, en gaf ook de krachtlijnen aan: een strategische visie voor de kunsten, een Vlaamse kunstcanon met duurzame instellingen, een functiegerichte benadering van het kunstenlandschap, specifieke landelijke initiatieven en één kunstensteunpunt. Andere aandachtspunten ter herziening waren het beoordelingskader, een impulsbeleid voor nieuwe initiatieven en een complementair beleid met andere overheden.

Het voorstel houdt daarnaast in grote mate rekening met de conceptnota van Bart Caron en de hoorzittingen die de Commissie Cultuur, Jeugd, Sport en Media organiseerde naar aanleiding van beide conceptnota's.

De betrokken volksvertegenwoordigers binnen de commissie Cultuur ontwikkelden dit voorstel  om nog binnen de huidige legislatuur een aantal noodzakelijke ingrepen binnen de regelgeving voor de kunsten door te voeren.  

Hierdoor kunnen de voorliggende aanpassingen aan het decreet worden toegepast bij de volgende vijfjarige subsidieperiode.  Doordat het nieuwe decreet nog binnen de huidige legislatuur kan worden goedgekeurd wordt de continuïteit van de opeenvolgende subsidieperiodes bewaard.

De belangrijkste vernieuwingen aan het decreet zijn:

  • Aandacht voor beleidsvisie
    In het vernieuwde decreet wordt voorzien in een visienota die moet zorgen voor een goed onderbouwde en toekomstgerichte beleidsvisie op het kunstenlandschap. Die vormt een richtinggevend kader voor de besluitvorming binnen de kunsten. In deze visienota zal de Vlaamse Regering aan het begin van haar legislatuur haar visie op het beleidskader kunsten bepalen en een aantal beleidsopties voor de komende beleidsperiode nemen.
  • Complementair beleid
    Er worden verschillende middelen ingeschreven voor een betere afstemming en overleg tussen de diverse niveaus. Dit resulteert in meer duidelijkheid en minder dossierlast  voor de diverse spelers binnen het kunstenlandschap. Het stemt ook de inspanningen van de diverse overheden zinvol op elkaar af.
  • Functiegerichte benadering als kader voor subsidies voor meerjarige werkingen, projecten en beurzen
    Het decreet voorziet in de ondersteuning van organisaties en kunstenaars op basis van 5 functies: ontwikkeling, productie, presentatie, participatie en reflectie. De functiegerichte benadering vormt het kader voor de meerjarige werkingssubsidie, voor projecten van kunstenaars en organisaties, en voor beurzen.
  • Uitbreiding van duurzame structuren
    Een gezond landschap heeft nood aan een aantal vaste structuren. Deze structuren zullen de Kunstinstellingen en ondersteunende organisaties genoemd worden.  Deze groep  bestaat enerzijds uit een mogelijke uitbreiding van de instellingen van de Vlaamse Gemeenschap, en anderzijds uit organisaties waarvan de Vlaamse overheid verwacht dat ze een specifieke taak opnemen in het landschap (het Kunstensteunpunt, VAi en het Kunstenloket).
  • Nieuwe ondersteuningsmogelijkheden voor ondernemerschap, promotie en kunstaankoop 
    Het nieuwe decreet voorziet instrumenten gericht op het stimuleren van ondernemerschap, de internationale promotie van kunst(enaars), en de aankoop van kunst. Deze instrumenten zijn complementair aan de subsidie-instrumenten volgens de functiegerichte benadering.   Daarbij is het de bedoeling om snel te kunnen inspelen op ad hoc-opportuniteiten, en wordt er in een aantal gevallen rekening gehouden met mogelijke terugverdieneffecten. Daarnaast zal er voor wat betreft internationale promotie meer sturing mogelijk zijn op basis van politieke en diplomatieke prioriteiten. 
  • Stimuleren van maatschappelijke en culturele diversiteit
    Dit decreet wil als belangrijk instrument in het kunstbeleid ook de maatschappelijke en culturele diversiteit stimuleren. Tot de Vlaamse Gemeenschap behoren mensen met verschillende culturele en maatschappelijke achtergronden. Diversiteit vormt een meerwaarde voor de kunsten en kan vernieuwing brengen. De beperkte participatie van kansengroepen (zoals etnisch-culturele minderheden, personen die in armoede leven, personen met een functiebeperking…) is nog steeds een feit, evenals hun beperkte deelname in de werking van kunstenorganisaties. Het is aan de organisaties om concrete en structurele acties te ondernemen met het oog op diversiteit op het vlak van personeel, publiek en aanbod.
    Afhankelijk van de functie die een organisatie opneemt, dienen er inspanningen geleverd te worden om maatschappelijke en culturele diversiteit te verhogen op vlak van bestuur en personeel (voor alle functies van toepassing), aanbod (van toepassing voor “productie”, “presentatie” en “reflectie”) en publiek (voor de functie “presentatie”, “participatie” en “reflectie”). 

Het voorstel van decreet werd reeds voor advies overgemaakt aan de Raad van State. Ook het advies van de SARC werd intussen gevraagd.   Deze stappen zijn bij een voorstel van decreet strikt gezien niet verplicht, maar de indieners willen de rechtszekerheid en gedragenheid van hun voorstel zo goed mogelijk onderbouwen.

Het voorstel van decreet zal na ontvangst van de hierboven vermelde adviezen vanaf  17 oktober besproken worden in de Commissie Cultuur, Jeugd, Sport en Media van het Vlaams Parlement.  Verwacht wordt dat het tegen einde november 2013 ter goedkeuring kan worden voorgelegd aan de Plenaire Vergadering van het Vlaams Parlement.

Trefwoorden:

Terug Meer nieuws